Crossfit is calling my name (again)
Voor de geboorte van Kobe was ik een fervent crossfitter. Ik klokte vaak af op 5 dagen in de week, waardoor dit gemakkelijk onder de categorie “verslaving” kon geplaatst worden. Een gezonde dan wel, één waar ik energie van kreeg, mijzelf constant uitdaagde en mijn grenzen meer dan ooit verlegde.
Tot 31 weken zwangerschap bleef ik het doen. Dan begon de vermoeidheid meer dan ooit toe te slaan en zat mijn buik in de weg op de roeier 🤰 Ik was er rotsvast van overtuigd dat ik na mijn bevalling terug ging keren, dat alles netjes op zijn plooi ging vallen en ik in no-time mijn zwangerschapskilo’s ging kwijt zijn.
Niets was minder waar …
Ettelijke slapeloze nachten met onze koemelkallergie-baby zorgden ervoor dat ik weinig tot geen energie meer had om mijzelf naar de box te slepen. Ik kreeg het niet meer voor mekaar. Telkens opnieuw “als het zo en zo is dan ga ik terug”, maar het kwam er maar niet van. Baby Kobe nam die tijd vlotjes in beslag, en uiteindelijk was dat ook helemaal niet erg.
Fast forward naar midden 2018. Zwanger van Oona, en al weken aan een stuk dacht er aan om terug te beginnen crossfitten. Niet tijdens de zwangerschap, zo ooit, in een leven waar ik met 2 kinderen toch tijd zou kunnen hebben om te gaan sporten.
Welles nietes
Het bleef maar spoken in mijn hoofd. Waarom eigenlijk? Waarom had ik die drang naar die spierpijn, die uitputting? Mijn mentaal en fysiek gezondheidsklankbord en tevens schoonzus Emma waarschuwde mij voorzichtig. Dat het te zwaar was. Dat die piek van fysieke stress nefast is voor mijn immuunsysteem. En toen verdrong ik het idee maar weer. Ik ben een moeder van 2 en ik moet er voor hen zijn, dan moet ik mijzelf niet in ‘gevaar’ brengen en opstoten uitlokken.
Tot ik met diezelfde schoonzus naar een lezing van Dirk De Wachter ging, georganiseerd door Apple for the brain (door de lieve en mooie Ellen die eveneens MS heeft). Hij had het over het feit dat een mens nu eenmaal nood heeft aan verbinding en samenhorigheid, zelfs en juist zeker als we ons ongelukkig voelen. In de rit naar huis kwam Emma er dan plots mee af. “Dat is waarschijnlijk waarom je zo graag terug wilt gaan crossfitten, voor die samenhorigheid”. And just like that …
De laatste wordt het luidst toegejuicht
Bij crossfit heb je een WOD, kort voor Workout of the Day. Hier heb je vaak een mengeling van uithouding, cardio en kracht samen. Een ware uitputtingsslag, kwestie dat je niet voor niets gekomen bent 😉 De spierballen van de groep zijn vaak (lees altijd) het snelst klaar, en dat met een kilo of 20 meer. Daarbij zijn die groentjes echt een lachtertje: een lege bar zonder extra gewicht, een kleine box voor boxjumps. Scaled noemen ze dat: aangepast naar je eigen vermogen. Je moet tenslotte ergens beginnen!
Terwijl de spierballen en fitte meiden klaar zijn, zijn de groentjes nog bezig. Met hun tong op de grond, kaken zo rood als het binnenste van een vulkaan, zwetend zoals de Niagara falls. En plots … staat iedereen rondom hen. “KOMAAN, NOG EEN PAAR REPS!” “JE KUNT HET!”.
Gelukt. Een stormvloed aan high fives, meer vuistjes dan Mike Tyson ooit heeft mogen incasseren, een staande ovatie. Jij, de laatste die de workout beëindigd heeft, jij bent de winnaar.
En dat, dames en heren, is de reden waarom ik terug ga beginnen crossfitten. Waarom ik tijd ga investeren in mijzelf om die gezonde verslaving toch weer een plek in mijn leven te kunnen geven. Om terug een sterke vrouw en mama te zijn, die ondanks haar ‘natuurlijke vermoeidheid’ (nr. 1 symptoom van MS) toch in staat is om veel te bewegen met haar kinderen. Zodat mijn hersenen blij worden van al die samenhorigheid.
Dus ik zal binnenkort zo’n groentje zijn. Met quasi onbestaande spieren buiten mijn linkerarm (van Oona te dragen) en extra zwangerschapskilo’s waarvan ik niet weet of het van de tweede of nog van de eerste is. Hopende dat iedereen rond mij zal staan tijdens mijn laatste reps.
Eerlijk, het is met een ieniemienie-hartje. Wish me luck 🤞🏻
(a box ate my shin for breakfast 😱)